Er gaat heel veel goed in de Nederlandse landbouw, maar tegelijk staan we voor grote uitdagingen. Veel boeren zien dat ook: als we zo doorgaan, lopen we vast. Volgens Pieter de Wolf moet het roer dus om. Daarom bouwt Boerderij van de Toekomst Lelystad mee aan een netwerk van boerderijen waar agrariërs en onderzoekers nieuwe teeltsystemen testen en laten zien wat er in de toekomst mogelijk is.
De landbouw staat voor een aantal grote uitdagingen: het klimaat verandert en de bodemkwaliteit staat onder druk. We moeten bedenken hoe we slim kunnen omgaan met water en hoe we emissies naar het milieu nog verder terug kunnen brengen. De Boerderij van de Toekomst in Lelystad werkt samen met boeren aan haalbare oplossingen voor deze uitdagingen. “We combineren maatregelen en kennis uit de biologische en gangbare landbouw in een zo duurzaam mogelijk bedrijfssysteem, wat je kan samenvatten als: productief, regeneratief en weerbaar,” beschrijft projectleider Boerderij van de Toekomst Pieter de Wolf. “Op ons fieldlab in Lelystad testen we nieuwe teeltsystemen die zijn opgebouwd uit een set innovatieve maatregelen, zoals stroken- of mengteelt, bodem besparende mechanisatie en een circulair bemestingsplan. Daarnaast voeren veldrobots deels werkzaamheden uit. Het fieldlab is geen blauwdruk voor iedere boer, maar laat zien hoe de landbouw er in de toekomst (over vijf tot tien jaar) uit zou kunnen zien.”
Enthousiast
Verschillende boeren en stakeholders zijn enthousiast over Boerderij van de Toekomst en willen een vergelijkbaar concept starten in andere delen van het land. Boerderij van de Toekomst Lelystad helpt initiatiefnemers uit verschillende regio’s bij het opstellen van een ontwerp en het inzichtelijk maken van het financiële plaatje. “Dat doen we (per regio) samen met een ontwerpteam dat bestaat uit boeren, onderzoekers en andere betrokkenen uit het betreffende gebied. We maken voor elk initiatief een plan op maat, want niet elk gebied is hetzelfde. De doelen van Boerderij van de Toekomst in Lelystad zijn bijvoorbeeld vertaald naar de concrete situatie van akkerbouw op jonge zeeklei. In Zuidoost-Nederland is de verhouding tussen plantaardige en dierlijke sectoren heel anders dan in Flevoland, en hoewel de Veenkoloniën net als Flevoland een akkerbouwgebied is, worden er hele andere gewassen geteeld. Daar zul je dus rekening mee moeten houden in het ontwerp.”
De Boerderij van de Toekomst Veenkoloniën
In de Veenkoloniën nam de regiegroep van Innovatie Veenkoloniën het initiatief voor een nieuwe Boerderij van de Toekomst. Ten opzichte van Flevoland is de grond in dit gebied erg gevarieerd. Denk aan hoogte verschillen en de samenstelling van de bodem die binnen een perceel sterk kan verschillen. De Wolf: “In het ontwerp nemen we op hoe we die verschillen gaan benutten. Dan kom je op de vraag of je verschillende plekken in het perceel een andere functie kan geven. Zeker voor plekken waar de opbrengst van gewassen het laagst is, levert een andere functie misschien wel meer op: kan je bijvoorbeeld zo’n plek inrichten met meerjarige of houtige planten, zodat je CO2 vastlegt en een bijdrage levert aan biodiversiteit? Of gebruik je zo’n plek voor waterberging in combinatie met energieproductie? De vraag is natuurlijk ook hoe je dat praktisch moet uitvoeren als je midden in een perceel iets anders gaat doen. Daar heb je misschien ook andere machines voor nodig.”
Een ander verschil met Flevoland is dat de akkerbouw in de Veenkoloniën vooral grondstoffen voor de verwerkende industrie produceert, zoals zetmeelaardappelen en suikerbieten. Volgens de Wolf is de grond minder goed geschikt voor de teelt van voedselgewassen. “Dat kan je zien als nadeel, maar eigenlijk is dit dus ook de kracht van een gebied. We hebben dus de productie van hoogwaardige grondstoffen als doel gekozen voor het ontwerp van de Boerderij van de Toekomst in de Veenkoloniën.”
Voor de Boerderij van de Toekomst Veenkoloniën hebben de initiatiefnemers al een locatie op het oog: een stuk grond van de proeflocatie Open Teelten van Wageningen University & Research in Valthermond. Het is wachten op de financiering van het vervolg zodat het ontwerp ook gerealiseerd kan worden. De andere initiatieven zijn nog niet zo ver. De verwachting is dat er begin 2022 een aantal ontwerpprojecten starten, bijvoorbeeld in Zuidoost-Nederland en Oost-Nederland. Daar is financiering aangevraagd door initiatiefnemers in het gebied. En uiteindelijk zullen de verschillende boerderijen gaan samenwerken in een landelijk platform van Boerderijen van de Toekomst.”
Landelijk platform van Boerderijen van de Toekomst
Boerderij van de Toekomst in Lelystad wordt door het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit gezien als de schakel tussen onderzoek en praktijk en als belangrijk onderdeel van het uitvoeringsplan naar kringlooplandbouw. “We hebben de opdracht meegekregen om een verkenning te doen naar een nationaal platform van Boerderijen van de Toekomst. Hoe zou zo’n netwerk er uit kunnen zien: op welke plekken zouden nieuwe initiatieven moeten ontstaan? Moeten de initiatieven van onderaf komen, dus bijvoorbeeld van boeren zelf en hoe stuur je dan? En hoe kan de samenwerking onderling verlopen: pakken we bepaalde onderzoeken samen op of communiceren we naar buiten met één gezicht? De verkenning leidt tot een advies aan het ministerie van LNV en de andere partners van Boerderij van de Toekomst.”